Wat doe je als je een vreemde tegenkomt terwijl je op straat loopt? Hoe vaak kom je eigenlijk iemand tegen?
Ik ga graag wandelen, soms alleen en soms samen met mijn vrouw. Mijn vrouw is een spontane, lieve schat die tegen iedereen die we tegenkomen ‘hallo’ zegt, of we ze nou kennen of niet. Ik heb de neiging even af te wachten wat de ander doet, of die me aankijkt of zonder te kijken doorloopt. Als ze kijken zeg ik ‘hallo’, anders laat ik het meestal achterwege.
Het is grappig om te zien hoe andere mensen op jou reageren in dit opzicht. Vaak zeggen mensen ‘hallo’ terug, de ene keer enthousiaster dan de andere keer. Sommigen zeggen niets terug. Alles is OK wat dat betreft. Als je geen zin hebt om iets terug te zeggen, doe dat dan vooral niet. Mij maakt het niet uit hoor, ik geniet toch wel van het buiten zijn.
Maar het geeft wel te denken. Doen mensen die niets terug zeggen dat omdat ze in gedachten verzonken zijn, en niet eens merken dat iemand iets tegen ze zegt? Of zijn ze in een slechte bui, op een andere manier bezig met zichzelf of in zichzelf gekeerd?
Het doet bij mij vooral de vraag rijzen hoe ik andere mensen tegemoet wil treden. Ook in algemene zin, maar vooral specifiek als het gaat om mensen die je tegenkomt op straat. Ik vind het fijn om iedereen open en positief tegemoet te treden, een welgemeende glimlach te tonen en een evenzeer welgemeend ‘hallo’ te zeggen. Wie goed doet, goed ontmoet en wie open en positief anderen tegemoet treed, zal eerder eventueel chagrijn etc. bij de ander wegnemen als wanneer je zelf óók chagrijnig gaat kijken of doen. Chagrijnen zijn er echt wel genoeg, zou ik zeggen.
Laatst was ik aan het wandelen bij mij in de buurt. Ik liep in een prachtig laantje, omzoomd door grote, statige bomen langs de kant van een sloot. Verderop zag ik een vrouw, die een hondje uitliet. Over het algemeen ben ik enigszins terughoudend als ik mensen met honden zie. Niet dat ik per se bang ben voor honden, maar je weet niet hoe ze reageren. Meestal laat ik me niet van slag brengen en loop gewoon door en zie wel wat er gebeurd als ik ze passeer. In dit geval deed ik dat ook, en het hondje deed niets. De bazin van het hondje glimlachte naar me terwijl we elkaar passeerden, het was zó’n mooie en welgemeende glimlach dat ik ook als ik zelf van tevoren niet had geglimlacht dat daarna wel gedaan zou hebben. Een glimlach, schitterend en warm, die mij van binnen ook deed glimlachen. Een glimlach die een ijsberg zou doen smelten. Zo kan het dus ook!
Het zou mooi zijn als iedereen naar elkaar zou glimlachen! Natuurlijk, niet iedereen zal daar op elk moment voor in de stemming zijn, maar het is toch mooi als we elkaar iets moois mee kunnen geven en een goed gevoel kunnen geven, ook al kennen we elkaar niet.
Een glimlach is een mooi geschenk, geef het aan iedereen die je tegenkomt!